De POC wil net als onze afnemers goed geïnformeerd zijn over de te verwachten opbrengsten. Er is algemene data voor iedereen beschikbaar, maar die zijn:

• Niet nauwkeurig
• Te ruim uitgezoomd
• Met een groot tijdsinterval gemaakt

Ook zijn er aanbieders die voor de individuele telers op perceel niveau opbrengstvoorspellingen kunnen doen. In onze subsidie aanvraag hebben we dan ook in 2022 laten opnemen om daar een model voor opbrengstvoorspelling te ontwikkelen op provincie niveau. Het model is samen met WecR opgezet en is gefinancierd door gelden uit het Hageluniefonds en de POC. De POC heeft nu de eerste data beschikbaar om wat zinnigs te kunnen zeggen over de te verwachten opbrengsten per provincie.

Op basis van deze data kunnen wij onze leden van hetzelfde soort informatie voorzien als als onze afnemers al jaren hebben: wat er aan aardappels groeit in het seizoen. Voor dit seizoen draait dit model alleen in Nederland en kijken we dus niet over de grens.

Het groeimodel bevestigt wat wij allen al vermoeden: buiten de late plantdatum ligt ook de gewasgroei onder het meerjarig gemiddelde in de zuidelijke provincies, met name veroorzaakt door de vele regen en het donkere weer in het zuiden (zie Figuur 2, knolmassa potentieel Limburg in vergelijking met Figuur 3, knolmassa potentieel Groningen). Zeeland, Noord-Brabant en Limburg zijn tevens de provincies waar in Nederland de meeste consumptieaardappelen worden geteeld. Met de gewasgroei van aardappelen in het noorden van Nederland is eigenlijk niks aan de hand, het planten heeft hier redelijk op tijd kunnen plaatsvinden. In het gebied waar zetmeelaardappelen van Avebe groeien, ligt de groei op een gemiddeld groeiseizoen tot nu toe. Het kenmerkt de grote verschillen per regio.

Kortom, ons boeren-onderbuik-gevoel wordt bevestigd door de modellen, namelijk dat in het noorden van Nederland, (even los van de ziektedruk) de groeisituatie gemiddeld is, maar dat in het zuiden en zuidoosten de kans op een gemiddelde hectare-opbrengst toch zeer klein is dit jaar en we dus uit moeten gaan van een lagere opbrengst.